Verwarming
Use case
Je klant heeft een verwarmingssysteem met 5 zones. Elke zone is uitgerust met een zoneventiel dat wordt aangestuurd door een thermostaat. Een circulatiepomp is optioneel.
Je kunt ook drukknoppen met led(s) en comfortsensoren gebruiken in plaats van thermostaten, of een combinatie van beide.
Procedure
De bedieningen en toestellen creëren
Creëer de thermostaten (THT1 tot THT5).
Creëer de zoneventielen (VALVE1 tot VALVE5).
Creëer een verwarmingssysteem (H/C1).
(optioneel) Creëer een circulatiepomp (PUMP1).
Als de installatie geen circulatiepomp heeft, hoeft die niet geconfigureerd te worden in de software.
De routine creëren
Creëer een routine Verwarmen/koelen per circuit (ROUT1). Gebruik het volgende gedrag:
Selecteer het verwarmingssysteem (H/C1).
(optioneel) Selecteer de circulatiepomp (PUMP1).
Bepaal de verwarmingszones. Combineer de juiste thermostaat met het corresponderende zoneventiel (THT1 en VALVE1, THT2 en VALVE2, ...).
(optioneel) Creëer meldingen.
De kast vullen en de toestellen adresseren
Je kan maar vier zoneventielen adresseren aan een verwarmings- of koelingsmodule 4U. Contact 5 van de module is een H/C-contact.
Adresseer het verwarmingssysteem altijd aan de eerste verwarmings- of koelingsmodule in de kast (contact 5).
Vul de kast met ... | en adresseer de volgende toestellen ... |
---|---|
een schakelmodule (3x) 2U (MOD1) | de circulatiepomp PUMP1 (*). |
een verwarmings- of koelingsmodule 4U (MOD2) |
|
een verwarmings- of koelingsmodule 4U (MOD3) | het zoneventiel VALVE5. |
(*) Je kan de circulatiepomp ook adresseren aan het H/C-contact van een andere verwarmings- of koelingsmodule.
(**) Dit contact wordt niet fysiek gebruikt in de installatie.
(***) Het contact sluit wanneer een van de thermostaten verwarming vraagt.
Voorbeeld
Klik hier om het programmeervoorbeeld (nhc2-bestand) te downloaden.