Aanwezigheidswaarschuwing

Wat is de aanwezigheidswaarschuwing?

Met de routine Aanwezigheidswaarschuwing kun je een bediening gebruiken om de waarschuwing bij aanwezigheidsdetectie te activeren. Nadat je de tijdsduur van activering ingesteld hebt, doet de detectie van beweging in de woning het volgende:

• geselecteerde lichtpunten laten branden
• geselecteerde lichtpunten laten knipperen
• rolluiken, poorten of zonnewering sturen
• waarschuwingsboodschappen sturen

Startpunt

• Je hebt de volgende bedieningen en toestellen aangemaakt:
  • een bediening (generieke knop)
  • alle toestellen die je in deze routine wilt gebruiken

• Je bevindt je in het overzichtsvenster Creëren.
  

  

Procedure

1. Klik in de rechterknoppenbalk op de knop Routine.
   Resultaat:
   Het deelvenster Routine verschijnt.
   

   

2. Kies de ruimte als volgt:
   • Kies uit de vervolgkeuzelijst Ruimte.
   • Klik op de ruimte op het tekenvlak.
     

     

3. Klik op het pijltje naast de categorie Waarschuwingen.
   

   

4. Klik op Aanwezigheidswaarschuwing .
5. Geef de routine een naam.

6. Stel het gedrag als volgt in:

   Gedrag	Wat?	Hoe?
   A	Kies de bediening(en) die de routine activeert.	1 Klik op de plustekens van de bedieningen die je in de routine wilt opnemen. 2 Stel de bedientijd in op Lang drukken zodat je de routine 'Aanwezigheidswaarschuwing' niet ongewenst activeert.
   B	Kies de detectoren of contacten die bij een geactiveerde waarschuwing de waarschuwing activeren.	Klik op de plustekens van de toestellen.
   C	Kies de lampen die moeten branden als stapverlichting. De stapverlichting is de eerste fase na de bewegingsdetectie.	Klik op de plustekens van de toestellen.
   D	Kies de lampen die je aan wilt laten gaan zodra er aanwezigheid gedetecteerd wordt.	1 Klik op de plustekens van de toestellen. 2 Geef eventueel extra kenmerken van het toestel mee.
   E	Kies de lampen die moeten knipperen tijdens de waarschuwing.	1 Klik op de plustekens van de toestellen. 2 Bij Parameters, stel de knipperfrequentie in (standaard 2 sec. - maximaal 59 sec.).
   F	Kies andere toestellen die je naar een bepaalde toestand wilt brengen.	1 Klik op de plustekens van de toestellen. 2 Geef eventueel extra kenmerken van het toestel mee. Enkele voorbeelden hiervan zijn: openen van rolluiken, poorten openen, ...

   

   Gebruik Multiselect om meerdere toestellen tegelijk te selecteren.
7. Bij Parameters, stel het volgende in:
   • tijdsduur van de activering: standaard 30 sec. - maximaal 59 min. 59 sec.
   • tijdsduur van de stapverlichting: standaard 20 sec. - maximaal 59 min. 59 sec.
   • tijdsduur van de waarschuwing bij aanwezigheidsdetectie: standaard 5 min. - maximaal 59 min. 59 sec.
   • pushmelding wanneer de waarschuwing niet geactiveerd kon worden: Dit bericht wordt verstuurd wanneer de waarschuwing niet geactiveerd kon worden. De waarschuwing zal automatisch geactiveerd worden als het probleem is verholpen.
   • pushbericht wanneer het probleem met de detector/het contact verholpen is: Dit bericht wordt verstuurd wanneer het probleem met de activering verholpen is.
   • pushbericht wanneer de waarschuwing voor aanwezigheidsdetectie ingeschakeld is: Dit bericht wordt verstuurd wanneer de waarschuwing voor aanwezigheidsdetectie geactiveerd is.
     
     

     

8. Klik op de knop Sluiten om terug te keren naar het deelvenster Routine.
9. Klik op de knop Sluiten om terug te keren naar het overzichtsvenster Creëren.