Skip to main content
Skip table of contents

Verwarmings- of koelingsmodule

Omschrijving

Dit product is compatibel met Niko Home Control 2.X. Neem contact op met Niko customer services voor compatibiliteit met Niko Home Control 1.X.

De verwarmings- of koelingsmodule stuurt de verwarming of koeling aan van vier zones of kamers. Elke zone of kamer moet uitgerust zijn met Niko Home Control drukknoppen met led en comfortsensoren of de Digital black gebruikt als thermostaat.

De module heeft vier outputs om zoneventielen (bv. zoneventielen op 230 Vac of 24 Vdc) of circulatiepompen in vier zones of kamers aan te sturen, en één output om de verwarmings- of koelingsmodus of de warmte- of koelingsvraag in een van de zones of kamers aan te geven. De meeste verwarmings- of koeleenheden hebben hiervoor een ingangscontact (bv. een telefoon- of ketelcontact). Verwarmings- of koeleenheden met een uitgangscontact kunnen aangesloten worden op een digitale potentiaalvrije sensormodule.

De module is voorzien van vijf indicatieleds en één statusled. Bistabiele relais zorgen voor een laag energieverbruik.

Overzicht

Bediening

De module heeft vier outputs waarmee ze regelkleppen (bijv. zoneventielen op 230 Vac of 24 Vdc), elektrische verwarmingstoestellen of afzonderlijke koeleenheden (bijv. airconditioners of ventilatorconvectoren) in vier zones of kamers aanstuurt. Zo kun je vier zones of kamers waar een Niko Home Control thermostaat staat, afzonderlijk verwarmen of koelen.
De module heeft één uitgang om de circulatiepomp of de verwarmings- of koelinstallatie aan te sturen. Het betreffende contact wordt gesloten als de module een warmte- of koelingsvraag krijgt van de Niko Home Control thermostaat in één van de zones of kamers. In installaties met een warmwaterreservoir wordt de circulatiepomp geactiveerd.
De module houdt rekening met de openings- en sluitingstijden van de zoneventielen en met de nalooptijden van de verwarmings- of koelinstallatie om conflicten in de installatie te vermijden.

De module verandert niets aan de instellingen van de verwarmings- of koelinstallatie.

Dimensionering

Elke module stuurt de verwarming of koeling aan van vier verschillende zones of kamers.
Per vier bijkomende zones of kamers die je wilt verwarmen of koelen, heb je een extra module nodig. Je kunt maximaal 20 zones of kamers verwarmen en koelen. In één installatie kun je dus maximaal tien modules hebben.
In de programmeersoftware kan je bepalen welk contact (uitgangscontact 1-4 of H/C-contact) gesloten moet worden voor een specifieke warmte- of koelingsaanvraag.

Toegelaten belastingen

De module is geschikt om potentiaalvrije ketelcontacten te schakelen. Volgende tabel geeft een overzicht van de maximale belasting per type.

Type belasting

Maximale RMS-stroom

Inductieve belasting (circulatiepompen …)

6A

capacitieve belasting

10A

Resistieve belasting (elektrische verwarmingstoestellen …)

16A

Installatie

Contacteer de HVAC-installateur voordat je met de installatie begint. De installateur voorziet de verwarmings- of koelinstallatie van regelkleppen (bijv. zoneventielen op 230 Vac of 24 Vdc op de verwarmingscollector of radiator) en gaat na welk contact je moet gebruiken om de centrale verwarmingsketel of koeleenheid aan te sluiten. Verder zorgt de installateur dat je de centrale verwarmingsketel of koeleenheid (ketel-, stuur- of telefooncontact, etc.) of circulatiepomp kunt aansluiten. Voor een goede regeling kun je ook informatie inwinnen
bij de fabrikant van dergelijke systemen.

Aansluitschema’s


Tijdens het opbouwen van de schakelkast mag de installatie niet onder netspanning staan.
Om de module te installeren:

  1. Klik de schakelmodule op een DIN-rail.

  2. Sluit de regelkleppen, elektrische verwarmingstoestellen of afzonderlijke koeleenheden (bijv. airconditioners of ventilatorconvectoren) aan op schroefklemmen 1’-4’. Idealiter heeft de koeleenheid zelf een regeleenheid.

    • De vier aansluitingen moeten op dezelfde spanning staan. Meng geen 230 Vac en 24 Vdc op eenzelfde module.

    • De module mag maximaal 16 A vermogen sturen. Als het elektrische verwarmingstoestel zwaarder is, gebruik je een extern relaiscontact.

    • Als je met elektrische verwarmingstoestellen of afzonderlijke koeleenheden werkt, heeft het H/C-contact geen functie. Elektrische verwarmingstoestellen kan je ook aansluiten met een drievoudige of zesvoudige schakelmodule.

  3. Sluit de circulatiepomp, de verwarmingsketel of de koeleenheid aan op schroefklemmen H/C’.

  4. Afhankelijk van de verwarmings- of koelinstallatie in de woning sluit je de ZLVS (zeer lage veiligheidsspanning) aan op de schroefklemmen H/C of verbind je de schroefklem H/C met de schroefklem ernaast.

  5. Sluit de zeer lage veiligheidsspanning (ZLVS) aan voor de regelkleppen, elektrische verwarmingstoestellen of afzonderlijke koeleenheden (bijv. airconditioners of ventilatorconvectoren).

    Zoneventielen op 24 Vdc mogen niet gevoed worden op de busvoeding.

  6. Verbind de verwarmings- of koelingsmodule met de module ervoor. Schuif de schuifbrug van deze module naar rechts tot ze vastklikt in de verwarmings- of koelingsmodule. Hierdoor zijn de bus en de voedingsspanning doorgegeven.

De verwarmings- of koelingsmodule programmeren

In de programmeersoftware kun je volgende instellingen ingeven voor de verwarmings- of koelingsmodule.

De reactietijd van de regelkleppen die aangesloten zijn op uitgangen 1’ - 4’.

Wat is het?

De tijd die nodig is om de regelkleppen te openen of te sluiten.

Waarom is dit nodig?

Om conflicten met de centrale verwarmingsketel of koeleenheid te voorkomen

De module opent eerst de regelklep voor de zone en activeert dan pas

de centrale verwarmingsketel of koeleenheid

Standaardinstelling

1 minuut

Details

Als je met elektrische verwarmingstoestellen of afzonderlijke koeleenheden werkt, moet de reactietijd nul zijn.

De reactietijd geldt voor alle kleppen die op de verwarmings- of koelingsmodule aangesloten zijn. Kies gelijkaardige kleppen voor
elke uitgang.

De nalooptijd van de centrale verwarmingsketel of koeleenheid

Wat is het?

De tijd die de centrale verwarmingsketel of koeleenheid nodig heeft om te stoppen

Waarom is dit nodig?

Om restwarmte of -koelte af te voeren

De regelklep voor de zone blijft open voor de ingestelde tijd zodat de

centrale verwarmingsketel of koeleenheid zijn restwarmte of -koelte kwijt kan

Standaardinstelling

3 minuten

Details

Als je met elektrische verwarmingstoestellen of afzonderlijke koeleenheden werkt, moet de nalooptijd
nul zijn.
Als de centrale verwarmings- of koelinstallatie uitgerust is met een circulatiepomp,
moet de nalooptijd nul zijn.

Foutcodes

Als de module normaal functioneert, licht de STATUSLED enkel op in TEST-mode. Als er één of meerdere fouten optreden, gaat
de led knipperen om de foutcode weer te geven van de fout met de hoogste prioriteit. Een overzicht van
de foutcodes vind je in volgende tabel.

LED

ACTIE

FOUT

MOGELIJKE OPLOSSINGEN

STATUSLED

Knippert met één puls per twee seconden

Softwarefout

Verkeerde softwareversie.*
*Download de laatste versie van de software
op de Niko website en voer een upgrade uit van de
module.

Technische gegevens

  • elke zone of kamer moet uitgerust zijn met een Niko Home Control thermostaat

  • maximale stroom per module: 16 A

  • schroefklemmen voor de aansturing van 4 zoneventielen op 230 Vac of 24 Vdc (niet mengen per module)

  • 2 x 7 schroefklemmen voor 3 x 1,5 mm² of 2 x 2,5 mm² of 1 x 4 mm²

  • afmetingen: DIN 4E

  • schuifbrug voor verbinding naar de volgende module op de DIN-rail

  • CE-gemarkeerd

  • omgevingstemperatuur: 0 – 45°C


JavaScript errors detected

Please note, these errors can depend on your browser setup.

If this problem persists, please contact our support.