Skip to main content
Skip table of contents

Kastopbouw voor versie 1.13

Situatie

Dit stappenplan toont hoe je een kast moet opbouwen in de Niko home control software vanaf softwareversie 1.9 tot softwareversie 1.13.

Startpunt

Het startpunt van dit stappenplan is een project waar je het onderdeel Creatie al volledig van hebt afgerond.

Stap 1: Open de kastopbouw

  • Ga naar Kastopbouw in de menubalk bovenaan.
    Je komt terecht in het scherm Stel de kast samen


De lijstweergave opent automatisch aan de linkerzijde.
Indien de installatie uit meerdere kasten bestaat, kan je een kast toevoegen door op voeg een kast toe te klikken in het rechter deelvenster.

  • Klik op de kastnaam in het linker deelvenster om het tabblad kasteigenschappen te openen.

  • Geef de kast zo nodig een naam.
  • Pas bij kastgrootte de grootte van de afbeelding aan aan de werkelijke grootte van de kast.

Stap 2: Vul de kast met modules

  • Klik op verder om naar het tabblad vullen met modules te gaan.

De software vult de eerst aangemaakte kast standaard met een voeding en een controller.

  • Klik op de eerste module, de voeding.

  • Geef de voeding zo nodig een naam

Elke installatie heeft minstens één voeding nodig. Bij installaties met meerdere voedingen, geef elke voeding een duidelijke naam.

  • Klik op de tweede module, de controller die de installatie aanstuurt op basis van de opgeslagen programmering.

  • Geef de controller  zo nodig een naam.

Elke installatie heeft minstens één controller nodig. Je kunt een tweede controller installeren als back-up.

  • Klik op OK om naar het tabblad vullen met modules te gaan.
  • Kies de nodige modules voor je project. Het type en aantal modules zal bepaald worden door de soort en het aantal kringen van de installatie.

De software plaatst de module naast de vorige of gaat naar de volgende DIN-rail indien er onvoldoende plaats overblijft.

Je kan zelf aangeven dat je de module op een andere rail wil door vooraf op de rail van je keuze te klikken. Indien nodig wordt automatisch een railkoppelaar geplaatst.

  • Geef de module zo nodig een naam.

Een installatie heeft al snel meerdere schakelmodules nodig. Geef elke schakelmodule een duidelijke naam. 

Stap 3: Outputs en sensoren toewijzen

  • Klik op verder om naar het tabblad toewijzen te gaan.
  • Klik op de module waarvan je de uitgangen wil toewijzen aan de aan te sturen elementen in de woning.

Je ziet de geselecteerde module nu rechts afgebeeld samen met de contacten.
Op het plan van de woning komt nu een ‘+’-teken te staan bij alle uitgangen die aan dit type module toegewezen kunnen worden. 

  • Klik op de elementen die je aan deze module wil koppelen. 

De elementen worden in volgorde van aanklikken aan de module toegewezen tot alle contacten bezet zijn. 

Je kan de volgorde van de uitgangen op de module wijzigen door de elementen van lijn te verslepen met de zwarte knop achter de lijn.

Wanneer je de bedrading van de kast uitvoert, is het belangrijk om dit te doen in de volgorde die je gemaakt hebt in de software.

  • Klik op opslaan om terug te keren naar het overzicht van de verschillende modules.
  • Herhaal de stapppen van outputs en sensoren toewijzen voor de elke module in de kast. 
  • Klik op opslaan om terug te keren naar het scherm Stel de kast samen.

Resultaat

Ga verder met de stap Realisatie


JavaScript errors detected

Please note, these errors can depend on your browser setup.

If this problem persists, please contact our support.